Charles Dickens’ verhalen

Wie is wie in de wereld van Charles Dickens?

Charles Dickens leefde van 1812 tot 1870 en is de bekendste en invloedrijkste Engelse schrijver uit de 19e eeuw. De sprookjesachtige wereld die Dickens beschreef was vooral de wereld van zijn vroegste jeugd. Het Dickens festijn is dé gelegenheid om een groot aantal hoofdpersonen en bijpersonen uit de boeken van Dickens te ontmoeten. De Victoriaanse tijd, genoemd naar Queen Victoria (die óók aanwezig is op het Dickens Festijn) is een tijd van grote sociale tegenstellingen, van rijkdom maar ook van grote armoede.

Er lopen weeskinderen rond, krantenjongens en –meisjes, kastanjeverkopers, schoorsteenvegers, gekken, zwervers en dronkaards. Maar gelukkig ook kantoorklerken, oude en jonge vrijsters, christmas carol singers, deftige notabelen en de bekende figuren uit de boeken van Dickens.

 

CHRISTMAS CAROL – Een Kerstvertelling

Op kerstavond komt Scrooge thuis en ziet de geest van zijn overleden compagnon Jacob Marley. Marley kondigt drie geesten aan, die van het Verleden, het Heden en de Toekomst. Scrooge wordt meegevoerd door de Geesten en als hij alle beelden goed tot zich laat doordringen, komt hij tot het besef dat hij zijn gierige inborst moet veranderen. En op kerstdag is Scrooge een ander mens!

Ebenezer Scrooge is één van de bekendste creaties van Dickens. Scrooge is gierig, altijd onvriendelijk en onaardig tegen mensen. Overal waar hij verschijnt, daalt de feestvreugde, zelfs met Kerstmis! Hij vindt alles maar onzin, vooral liefdadigheid. Zijn bekendste uitspraak is HUMBUG! (onzin).

Jacob Marley is de (dode) compagnon van Scrooge. Marley laat Scrooge weten dat hij zijn leven moet beteren om niet net als Marley te eindigen als geketende geest. Als U de klok hoort luiden, ga dan op het geluid af. U ziet dan de geest van Jacob Marley.

Ghosts of Christmas Past, Present & Yet To Come. De Geest van Voorbije Kersttijden komt het eerst op bezoek, dan de Geest van het Tegenwoordige Kerstfeest, maar de Geest van de Toekomst boezemt Scrooge pas echt angst in.

Tiny Tim (Kleine Tim) is de kreupele zoon van Mr. Bob Cratchitt, een arme klerk op het kantoor van Scrooge. Tim is ziekelijk en in de droom van de derde Geest is Tiny Tim dan ook dood. Gestorven omdat zijn ouders geen geld hadden om eten te kopen en kolen voor de verwarming. Soms zie je Tiny Tim zitten op de schouder van zijn vader, niet om van het uitzicht te genieten, maar omdat hij geen energie meer heeft om verder te strompelen!

Tiny Tim sluit het verhaal met de legendarische woorden: God bless us, every one! (God zegene ons, ieder van ons!)

 

THE CHIMES

Toby Veck is een arme boodschapper van berichten en kleine pakjes, die op Oudejaarsdag wegzinkt in de ellende van alledag. De geesten van de kerkklokken laten hem een vreselijke toekomst zien. Als Toby op Nieuwjaarsdag wakker wordt, blijkt alles gelukkig een droom en kan Toby als een gelukkig man de bruiloft van zijn dochter vieren.

 

DAVID COPPERFIELD

David Copperfield wordt gezien als de meest autobiografische roman van Dickens. De jonge David moet na een ruzie met zijn stiefvader naar kostschool. Als niet lang daarna zijn moeder overlijdt, blijft David als wees achter. Dan moet hij zichzelf zien te redden.

David Copperfield is de hoofdpersoon van het verhaal. David is een jongen die het allemaal nog niet weet en zich erg laat leiden door andere, sterkere persoonlijkheden. Door een harde leerschool ontwikkelt hij toch een goed karakter.

Als David Dora Spenlow voor de eerste keer ziet, is hij meteen verliefd op haar. Ze trouwen, maar Dora is niet in staat een huishouden te leiden. Iedereen is dol op Dora, maar het is en blijft een kind-vrouwtje. Ze kan niet voldoen aan alle verwachtingen, kwijnt weg en sterft jong.

Betsy Trotwood is de oud-tante van David Copperfield, een lange statige dame. Toen David werd geboren, was ze zo verbijsterd dat ze voor lange tijd uit zijn leven is verdwenen. Later gaat ze zich toch steeds meer met zijn opvoeding bemoeien.

Uriah Heep is de hulp en later de partner van Wickfield. Uriah is een hypocriet, een geslepen en achterdochtige man. Hij draait de situatie zo dat hij trouwt met Agnes, de dochter van Wickfield. Uriah plukt de arme en oude Wickfield helemaal kaal, wordt ontmaskerd door Micawber en gaat naar de Nieuwe Wereld (Australië) als gevangene.

Micawber is voor enige tijd huisbaas van David Copperfield, de goedheid zelve, maar met een gat in zijn hand. Optimistisch gaat hij van de ene baan naar de andere. Bijna dreigt hij (en zijn grote, gezellige familie) ten onder te gaan aan de vele schulden, als hij Uriah Heep ontmaskert. Zijn schulden worden betaald en Micawber en zijn familie gaan naar Australië, waar ze gerespecteerde en graag geziene inwoners van Middlebay worden.

Peggotty is dienstbode en kindermeisje bij Copperfield. Na het overlijden van David’s moeder trouwt Peggotty met Barkis. Zij blijft altijd een belangrijke rol spelen in het leven van David Copperfield.

 

THE OLD CURIOSITY SHOP

Little Nell en haar grootvader wonen in The Old Curiosity Shop. Grootvader heeft grote schulden bij Quilp. Als Quilp beslag laat leggen op de winkel, vluchten Little Nell en haar grootvader naar het platteland. Tijdens de avontuurlijke reis gaat de gezondheid van Little Nell steeds verder achteruit. Als ze denken in veiligheid te zijn, slaat het noodlot toe…

Little Nell – Nellie Trent is de goedheid zelve, een engel met een voorbeeldig karakter. Grootvader is een gokker. Hij probeert om met het kaartspel een fortuin te winnen en zo de toekomst van zijn lieve kleindochter veilig te stellen. Daniel Quilp is de duivelse schuldeiser. Hij heeft er alles voor over om zijn geld terug te krijgen en wraak te nemen op grootvader. Quilp vindt het gezichtsverlies bijna nog erger dan het verliezen van zijn geld. Kitt Nubbles is de winkeljongen van The Old Curiosity Shop en een trouwe kameraad van Little Nell. Codlin & Short zijn de trotse eigenaren van de poppenkast. Mrs Jarley is de directrice van een reizend wassenbeeldenmuseum.

 

DE LOTGEVALLEN VAN OLIVER TWIST

Het boek Oliver Twist is een aaneenschakeling van ellende en narigheid, die tegen het eind plaats maakt voor hoop op een betere toekomst.

Oliver Twist wordt geboren in een werkhuis, zijn moeder is een onbekende zwerfster en sterft bij zijn geboorte, zijn vader is dan al dood. Oliver groeit op in het werkhuis, hij wordt weggestuurd omdat hij om meer eten durft te vragen. Dan wordt hij de ongelukkige leerling van een doodgraver en komt uiteindelijk terecht in Londen in een milieu van zakkenrollers, dieven en helers. Na vele avonturen wordt Oliver opgespoord door iemand die meer weet van zijn afkomst. Het kwaad wordt gestraft en, eind goed al goed, Oliver wordt geadopteerd door de sympathieke en welgestelde Mr. Brownlow. Oliver en zijn vrienden komt U tegen, terwijl zij liedjes zingen uit de musical Oliver. Pas op uw tassen en zakken, het blijven dieven!

Fagin is het hoofd van de bende waar Oliver in terechtkomt, een heler en aanstoker van vele misdaden in het Victoriaanse Londen. Fagin heeft een echt boeven-uiterlijk, gemeen en sluw.

Jack Dawkins (bijnaam ‘Artful Dodger’) is één van de meestbelovende dieven uit de bende van Fagin. Hij bracht Oliver bij de bende en is op zijn manier een vriend voor Oliver. Hij wordt opgepakt en verbannen naar de Nieuwe Wereld (Australië, waar veel dieven en moordenaars in de negentiende eeuw naar toe werden gestuurd). Bill Sikes is een beroepsdief, een jongere versie van Fagin. Hij komt slecht aan zijn eind als hij door de politie achterna wordt gezeten. Nancy is ook lid van Fagin’s dievenclub en de vriendin van Bill. Nancy probeert Oliver te helpen ontsnappen, maar Fagin steekt daar een stokje voor en laat haar vermoorden door Bill Sikes. Mr. Bumble is de ‘Vader’ van het werkhuis. Een strenge, gemene man, die zichzelf heel rechtvaardig vindt. Mrs. Bumble is de ‘Moeder’ van het werkhuis en net als haar man een gemeen mens. Sowerberry, de doodgraver, is de leermeester van Oliver. Hij is de kwaadste niet, maar na een gevecht tussen Oliver en een andere knecht moet Oliver toch de deur uit.

 

GREAT EXPECTATIONS

Pip geeft als jongen op een dag eten aan de ontsnapte gevangene Magwitch, die later zijn weldoener wordt. Pip gaat er van uit dat zijn weldoener een rijke vrouw uit de omgeving is, Miss Havisham. Pip wordt verliefd op de arrogante Estelle, het aangenomen kind van Miss Havisham, maar Estelle vindt Pip te min. Als jonge man, van wie heel veel wordt verwacht, gaat Pip naar Londen, hij studeert en komt terecht in een heel andere wereld. Magwitch komt met gevaar voor eigen leven terug naar Engeland om Pip op te zoeken, hij heeft zijn fortuin gemaakt in de Nieuwe Wereld. Als Pip er achter komt dat Magwitch zijn weldoener is, doet hij er alles aan om Magwitch uit de handen van de politie te houden. Pip probeert Magwitch het land uit te smokkelen, maar zijn plan mislukt en Magwitch overlijdt in een ziekenhuis. Pip, berooid en niet langer iemand van hoge verwachtingen, gaat terug naar huis en moet werken voor zijn geld.

Miss Havisham is een rijke excentrieke oude dame die ooit op het punt stond te trouwen. Op haar trouwdag kwam ze erachter dat het huwelijk niet doorging, de bruidegom zag er vanaf. Vanaf dat moment slijt ze haar dagen in haar bruidsjurk en adopteert meisjes die ze leert de harten van jongens te breken. Pip ziet ze als één van haar slachtoffers. Miss Havisham zit daar maar tussen al haar zilver: verbitterd en ongelukkig.

Abel Magwitch is de ontsnapte gevangene die in Australië terechtkomt en daar een fortuin verdient. Hij is ongelukkig omdat hij rouwt om het verlies van zijn dochter. Hij probeert zijn leven te beteren door Pip te ondersteunen als weldoener. Pip komt er achter dat Estelle de verloren gewaande dochter van Magwitch is.

 

NICHOLAS NICKLEBY

Is het verhaal van Nicholas Nickleby, arm, wat wereldvreemd, maar met een goed karakter, zijn zuster Kate, een wauwelende en beetje dwaze moeder, een sluwe oom en een wrede eigenaar van een jongens werkhuis.

Na de dood van haar man neemt Mrs. Nickleby haar kinderen mee naar Londen om daar een beroep te doen op de goedheid van haar zwager Ralph Nickleby. Nicholas wordt als assistent naar een jongenshuis gestuurd en Kate komt op het naaiatelier terecht van Mrs. Mantalini. Het jongenshuis waar Nicholas komt te werken als ” assistant master”, was er één waar jongens naar toe gingen als ze ongewenst waren, niet welkom in de familie en waar ze niets geleerd werd, ze raakten ondervoed, en werden ook vaak mishandeld. Dickens wilde deze praktijken met deze roman aanpakken (wat ook lukte, deze jongenshuizen werden verboden). Nicholas beleeft vele avonturen en aan het eind van het verhaal trouwt hij.

Smike volgt Nicholas overal in zijn voetsporen bijna als een trouwe hond. Uiteindelijk sterft hij op jonge leeftijd aan een combinatie van liefdesverdriet om Kate en jarenlange verwaarlozing. Pas na zijn dood blijkt hij de zoon te zijn van de oom van Nicholas, Ralph.

Squeers is de slechterik van het verhaal, de eigenaar van het jongenshuis, waar Smike al die jaren slecht behandeld werd.

Mr Alfred Mantalini. Mr Mantalini heet eigenlijk Muntle, een schurk met een vlotte babbel. Hij verandert zijn naam in Mantalini, omdat dat deftiger klinkt. Hij geeft veel geld uit, geld dat hij met mooie praatjes van zijn vrouw lospeutert, totdat er niets meer over is en hij in de gevangenis terechtkomt.

Mrs Mantalini is een ijdele, wat oudere vrouw. Als werkgeefster van het naaiatelier héél streng voor het personeel, maar als getrouwde vrouw te zwak voor de mooie praatjes van haar man. Het echtpaar valt in handen van Ralph Nickleby, de sluwe oom van Nicholas. Berooid en verbitterd over de daden van haar man, verkoopt ze het atelier aan Kate.

Mrs. Petowker is een actrice zonder talent, al denkt zij daar zelf héél anders over. Een ‘vriendin’ van Mrs. Kenwigs en getrouwd (geweest) met Lillyvick, maar als zij hem al snel ‘zat’ wordt, loopt ze bij hem weg.

Mrs. Kenwigs behoort tot de kleine burgerij van London en wordt gezien als een best, braaf mens. Zij neemt Nicholas in dienst om haar drie oudste dochters Frans te leren. Mrs. Kenwigs vindt drie glazen mout bier per dag bijna niet voldoende om haar bij te staan in haar verdriet om het voorgenomen huwelijk van haar oom Lillyvick met Henrietta Petowker. Uiteindelijk keert Oom terug bij de familie en gaat zijn geld naar de kinderen van Kenwigs. Aan één van de deuren in de straat hangt een handschoen. Het was in de tijd van Dickens een teken van ‘de hoogste beschaving’ om de deurklopper toe te dekken met een handschoen, om aan te geven dat de dame des huizes aan het bevallen was. Zó hoefde er niet over gesproken te worden. Mrs. Kenwigs is namelijk aan het bevallen (van een zóón!).

 

LITTLE DORRIT

Als Arthur Clennam terugkomt van een verblijf in China ontmoet hij in het huis van zijn moeder Little Dorrit. Arthur raakt in de ban van de hele familie Dorrit. Vader Dorrit zit in de gevangenis vanwege schulden, de rest van de familie woont er bij in (dat was normaal in die dagen). Als blijkt dat de familie aanspraak kan maken op een oud familie kapitaal, leven ze geruime tijd in een andere wereld.

Totdat het geld verkeerd beheerd wordt en er helemaal niets over blijft. Amy (Little) Dorrit is de spil van de familie, zij ziet mensen veranderen door het geld. Als al het geld op is, trouwt zij met Arthur Clennam, inmiddels een vriend van de familie.

Het boek Little Dorrit is een aanklacht tegen het systeem om mensen (en hun families) gevangen te zetten vanwege hun schulden.

Little (Amy) Dorrit is geboren in de gevangenis, ze is de enige van de familie Dorrit met enig gevoel van eigenwaarde. Amy werkt als naaister bij Mrs. Clennam, zij is de goedheid zelve, ze verzorgt niet alleen haar vader in het gevang, ook draagt ze bij aan de opvoeding van haar broer en zus én staat ze Clennam bij als hij in de gevangenis terechtkomt.

Fanny Dorrit is de oudere zus van Amy. Fanny is verwaand, frivool en harteloos. Dankzij de inspanning van Amy wordt Fanny ballerina. Als moeder deugt Fanny ook niet, Amy mag haar verwaarloosde kinderen opvoeden.

Edward (”Tip”) Dorrit heeft als klein kind erg geleden onder het leven in de gevangenis. Als er enig welvaren in de familie komt, kan hij er niet mee omgaan. Als de familie weer aan de grond zit, verliest Edward zich geheel in de drank.

William Dorrit is de vader van de familie. Hij zit 25 jaar in Marshalsea, een gevangenis, omdat hij zijn schulden niet kan betalen (Dickens’ vader zat ook echt in deze gevangenis, ook vanwege schulden!). William is een man met een vrij zwak karakter en zwak gestel. Als er enige rijkdom komt, in de vorm van een erfenis, gedraagt William zich alsof hij veel meer bezit. Hij verlaat de gevangenis in pracht en praal.

 

DE PICKWICK CLUB

Samuel Pickwick is de excentrieke, iets te dikke, goedgelovige maar zéér sympathieke hoofdpersoon van dit verhaal. Pickwick is de oprichter en voorzitter van de Pickwick club. Pickwick beleeft samen met Tupman, Snodgrass en Winkle veel avonturen. Sam Weller is de trouwe (en wijze) bediende van Samuel Pickwick.

 

BLEAK HOUSE

Jarndyce tegen Jarndyce is een beruchte rechtszaak die al jaren duurt en waarbij de advocaten waarschijnlijk al het geld van de familie opmaken. Twee jonge mensen, Ada en Richard komen samen met Esther Summerson, een gezelschapsdame terecht in Bleak House, het huis van John Jarndyce. Een verhaal over liefde, moord en een groot geheim.

Lady Dedlock is een trotse dame met een groot geheim. Ze is getrouwd met Lord Leicester Dedlock (een trotse man). Lady Dedlock is een beetje ziekelijk en woont afwisselend in Londen en in Chesney Wold op het platteland. Zij sterft als zij vlucht voor haar geheim.

Mrs. Sarah Gamp is een personage uit het boek Martin Chuzzlewit. Zij is vroedvrouw/verpleegster, voor wie de zorg voor zichzelf boven alles gaat. De mensen die haar in dienst hebben genomen komen er vaak bekaaid af. Mrs Gamp is een dikke vrouw met een rode neus van de drank. Zij gedraagt zich als de hertogin van de vuilnisbelt. De wijsheden die zij er uitkraamt zijn legendarisch, maar kloppen nooit! Bakerpraatjes!

 

Charles Dickens bibliografie:

  • Sketches by Boz (1836)
  • The Pickwick Papers (1836)
  • Oliver Twist (1837-1839)
  • Nicholas Nickleby (1838-1839)
  • The Old Curiosity Shop (1840-1841)
  • Barnaby Rudge (1841)
  • American Notes (1842)
  • A Christmas Carol (1843)
  • Martin Chuzzlewit (1843-1844)
  • The Chimes (1844)
  • Dombey and Son (1846-1848)
  • David Copperfield (1849-1850)
  • A Child’s History of England (1851-1853)
  • Bleak House (1852-1853)
  • Hard Times (1854)
  • Little Dorrit (1855-1857)
  • A Tale of Two Cities (1859)
  • Great Expectations (1860-1861)
  • Our Mutual Friend (1864-1865)
  • The Mystery of Edwin Drood (onvoltooid, 1870)

 

”Wie is wie in de wereld van Charles Dickens” is samengesteld door Ojon van Strijland voor Antiquariaat Jos Wijnhoven.